Samurette’s Revenge Friends
Samurette @ Women House Amsterdam | NDSM FUSE | 16-5 t/m 6-7-2025
Samurettes Portrait Gallery of the Society of Revenge Friends
Feuilleton over de belevenissen van Samurette.
Samurette is geboren in eenentwintig gedichten, geschreven tussen februari 2012 en februari 2013. Deze gedichten zijn opgenomen in: Feuilleton over de belevenissen van Samurette. De Geboorte van Samurette / The Birth of Samurette > Samurette hoopt in dit jaar af te rekenen met haar verleden en de daartoe behorende Onappetijtelijke Klootzakken.
Ze heeft The Dark Places verlaten en is nu op weg naar haar uiteindelijke bestemming: HET PARADIJS, waar ze oorspronkelijk vandaan komt. Vanuit haar nieuwe onderkomen, Maison Samurette II, probeert ze haar nieuwe bestaan vorm te geven. Ze richt o.a. de Vereniging van Wraakvriendinnen | The Association of Revenge Friends op. De Vereniging kent vijf leden: Beatrix Kiddo, Lady Snowblood, Lilith, Seeräuber Jenny en Samurette.
Uit: Feuilleton over de belevenissen van Samurette
Zo. 18 maart 2012. Deel 5 van het feuilleton over de belevenissen van Samurette.
Samurette met
Seeräuber Jenny!
Je weet wel,
van dat
Lumpige Hotel.
En van,
“Was ist das für ein Getös?”
En van
“Was Lächelt die so bös?’
Hoe was dat
Samurette? to meet a
real pirate?
Zo. 1 april 2012. Deel 6 van het feuilleton over de belevenissen van Samurette.
Ik heb Seeräuber Jenny gevraagd
lid te worden van onze
Vereniging Van Wraakvriendinnen.
En ze zei: “Hoppla”.
We zijn nu met z’n vijven:
Beatrix – who’s side always was a bit lonely – Kiddo,
Lady – who had thrown away her womenhood many moons ago – Snowblood,
En –First Wife – Lilithe.
En dan mijzelf dus.
Ma. 14 januari 2013. Deel 12 van het feuilleton over de belevenissen van Samurette.
De voorzitter van vanavond
kwam met een mededeling
die ons allen deed opschrikken:
Lilith zei:
“Adam
heeft gehad
een hart attack.”
Ooooooohhhhhhhh
vijf handen naar vijf monden
en daarna,
vijf gebogen hoofden.
En toen schreven we op een briefje
hoeveel harten wij gebroken hebben.
Sloten onze ogen en
legde de briefjes op tafel.
De voorzitter harkte ze bij elkaar
en dateert
en bewaart ze.
Beatrix houdt van haar dochter,
maar brak Bills hart
met de five point palm exploding heart technique.
Iedereen weet dat;
It made her famous.
“The victim’s heart explodes
after he or she
takes five steps”.
Tot slot
Hief Pirate Jenny
Een lied aan:
“Bye bye love
bye bye happiness
hello loneliness
I think I’m gonna die.”
Jeugd gaat
trauma blijft.
Youth goes
trauma stays.
De Vereniging van Wraakvriendinnen | The Association of Revenge Friends: Beatrix Kiddo, Lady Snowblood, Lilith, Seeräuber Jenny en Samurette.
Beatrix Kiddo: “… a dish best served cold” is de protagonist van de door Quentin Tarantino geregisseerde martial arts films Kill Bill I-II (2003-2004). Beatrix Kiddo aka de Bruid wordt vertolkt door Uma Thurman.
Ze is een van Samurettes Wraakvriendinnen en slachtoffer van femicide. Ze wordt op haar trouwdag neergeschoten door haar voormalige baas en minnaar Bill, en medehuurmoordenaars. Ze verliet Bill nadat ze erachter was gekomen dat ze zwanger van hem was: ze wilde niet dat haar ongeboren dochter opgroeide in het huurmoordenaars milieu waarin zij en Bill leefden. Haar dochter wordt geboren terwijl zij in coma ligt. Na vier jaar wordt ze wakker en wreekt ze Bill.
Lady Snowblood: “Who are you?’ “Vengeance” is de heldin van de gelijknamige Japanse mangaserie (1972-1973) geschreven door Kazuo Koike en geïllustreerd door Kazuo Kamimura. Er zijn twee Lady Snowblood films gemaakt: Shurayuki-hime (Lady Snowblood) in 1973, en Shurayuki-hime: Urami renga aka Lady Snowblood: Love Song of Vengeance in 1974. De films zijn geregisseerd door Toshiya Fujita. Actrice en zangeres Meiko Kaji vertolkt lady Snowblood. De Lady Snowblood-films zijn een grote inspiratiebron geweest voor het Kill Bill-tweeluik van Quentin Tarantino. Hij kopieerde er de openingsmuziek en hele scènes uit.
Yuki komt ter wereld in een vrouwengevangenis. Buiten sneeuwt het, haar moeder geeft haar de naam Yuki dat ‘geluk’ en ‘sneeuw’ betekent of ‘sneeuwbloem’ of ‘sneeuwprinses’. Haar moeder overlijdt kort na haar geboorte.
Moeder zat in de gevangenis voor moord. Het slachtoffer was een van de vier criminelen die haar man en zoon voor haar ogen vermoord hebben en haar verkrachtte. In haar laatste woorden aan haar baby Yuki spreekt zij een bezwering uit die oproept om de laatste drie mannen te wreken. Yuki ondergaat een zware training in zwaardvechten bij een priester en wordt haar moeders wraakengel.
Over actrice Meiko Kaji die Lady Snowblood vertolkt zei filmcriticus Howard Hampton in zijn essay ‘Flowers of Carnage’ (bloemen der slachting): “Kaji’s performances in the LADY SNOWBLOOD films are pervasively, rapturously iconic. (…) Her eyes were her most unforgettable feature: a penetrating stare that was sharper than a swordsman’s blade or a serpent’s tooth. She made the female gaze deadlier than the male’s.”
Lilith: “We Are Equal” God heeft de vrouw tweemaal geschapen. Lilith was de eerste, Eva de tweede.
In Genesis 1 schiep Hij Lilith: “Man en vrouw schiep Hij hen.” In deze versie van de oorsprong van de mensheid zijn man en vrouw samen geschapen en lijken ze gelijkwaardig. In Genesis 2 wordt Adam als eerste geschapen, gevolgd door de planten, vervolgens de dieren en ten slotte -last but not least- Eva. Zij komt als laatste en is geschapen uit een rib van Adam.
Lilith verliet het Hof van Eden omdat ze weigerde ondergeschikt te zijn aan Adam. Ze geloofde in hun gelijkheid, omdat ze beiden uit de aarde geschapen waren. Na onenigheid hierover met Adam, vluchtte Lilith om haar onafhankelijk te herkrijgen. Liliths relaas wordt vaak geassocieerd met thema’s als vrouwelijke autonomie en verzet tegen de patriarchale structuur.
Seeräuber Jenny: “Hoppla” is een personage uit de Driestuiversopera (1928) van Kurt Weill, met een tekst van Bertolt Brecht, oorspronkelijk vertolkt door zangeres en actrice Lotte Lenya (Wenen 1898 – NY 1981). De figuur Jenny is geleend van John Gay’s The Beggar’s Opera, die op zijn beurt het personage baseerde op de historische persoon van Jenny Diver (1700-1741).
HOPPLA zegt Jenny als de zoveelste kop rolt van een van de inwoners van de havenstad. Ze zijn allemaal door de piraten van het schip met acht zeilen en wel vijftig kanonnen onthoofd, op Jenny na. Alles is met kanongeschut met de grond gelijkgemaakt, alleen het Aftandse Hotel en Jenny staan nog overeind. Na de massaslachting gaat Jenny er samen met de piraten vandoor. Dit is de wraakfantasie van dienstmeid Jenny. Ze maakt de bedden op, doet de afwas, bediend de gasten en voelt zich ondertussen zwaar ondergewaardeerd. Ze lijdt onder gevoelens van betekenis- en machteloosheid: ‘Weet u eigenlijk wel wie ik ben?!’ Ze zou zo graag de macht bezitten al die arrogante eikels een kopje kleiner te maken, en dan bevrijd worden door stoere piraten uit dat aftandse oord waar ze nu haar dagen en uren -en wie weet de rest van haar verdere leven- slijt.
Samurette: “Geen leuke story” is de vrouwelijke evenknie van samurai, een personage uit de martial arts, van oudsher een wereld van vooral mannelijke helden.
Samurettes Portrettengalerij van de Vereniging van Wraakvriendinnen (2025) is een installatie van vijf hoodies in verschillende kleuren, opgehangen in een rij, vrij hangende in de ruimte. Op de kleding staan aan de voor en achterkant de portretten en teksten van Samurettes wraakvriendinnen. Allen, Badass Women die het altijd nog aanwezige taboe en de angst voor de krachtige, opstandige en gewelddadige vrouw beslechten.
In de tentoonstelling Women House Amsterdam is ook Samurettes eerste graphic novel opgenomen: Samurette in de Kasteeltuin. De beeldroman verhaalt onder andere over Samurettes perikelen met het personage Eddie. “Eduardo zwalkt weer eens door de Kasteeltuin, gadegeslagen door Samurette: Hij zou toch naar huis gaan?”
RELATED NEWS – CONTEXT
Samurette’s Revenge Friends
Detracto erroribus et mea. Malorum temporibus vix ex. Ius ad iudico labores dissentiunt.
The Birth of Samurette
Malorum temporibus vix ex.Ius ad iudico labores dissentiunt. In eruditi volumus nec, nibh blandit deseruisse ne nec, vocibus albucius maluisset ex usu.
